Kerstavond wordt er bij elk graf op het oorlogskerkhof in Groesbeek een lichtje gezet. Indrukwekkend, dit jaar nog meer omdat er veel minder mensen waren.
We skypten met NZ waar de cadeautjes werden uitgepakt onder de boom. Jessie is zo enthousiast en blij, wil alles delen. We wisten dat A dolgraag een soort game computer wilde ( vraag me niet wat dat precies is) én ze kreeg m. Zó blij mee! Ik zag haar snoetje oplichten toen het papier eraf ging. Onze cadeautjes waren nog niet gearriveerd, dat duurt tegenwoordig 6 weken of meer.
Vandaag veel voorbereid in de keuken, lang staan lukt niet meer. Ik mis onze grote oven.
Morgen de dichtbije familie hier
Speciaal voor AStje een gezellig boompje gemaakt.
Er hangt een onbehaaglijke treurigheid in de lucht, Nederland is koploper in het aantal besmettingen, nu met gemuteerde virussen op weg, zit er eigenlijk maar één ding op: zelf ziek worden, ik denk dat we daar niet aan ontkomen.
Ik kan zelf goed inhuizig zijn P heeft er meer moeite mee, vind het moeilijk de dagelijkse boodschappen uit handen te geven.
In Trouw een gedicht van Marieke Lucas Rijneveld
De troostzoekers
Zoals geluk gevaarlijk is voor wie er spaarzaam mee omgaat,
voor wie niet-leven een koud kunstje werd, voor wie hier binnenkomt
en twijfelt aan alles wat mooi is, twijfelt aan zijn plek in de wereld,
voor wie eindeloos teert op het verlangen naar beterschap,
voor wie niet breekbaar wil zijn net zo min als populierensterk
en wie mij raakt geef ik de wind, voor wie met een bevel tot
omhakken in de hand rillerig plaatsneemt of juist wil opbloeien
en zie me, voor wie alleen wil zijn maar het niet langer meer kan.
Zoals geluk gevaarlijk is voor hen die het niet kunnen delen,
voor wie wel glimlacht maar de snik onzichtbaar en hoog in
de keel heeft, voor wie alles verloor waar hij van hield, voor hen die
de koek uit de mond sparen en altijd andermans honger stillen,
voor wie weerloos omgaat met de dingen, voor wie iedere
avond zichzelf het donker van zijn kop injaagt, voor wie de hoop
heeft opgegeven als een zieke kameraad, voor wie van alles denkt
maar te weinig uitspreekt, voor wie moe is maar niet meer
in slaap komt en eeuwig ligt te woelen, voor hen die willen leunen,
voor wie onder de mensen wil zijn als onder een warme deken,
voor wie niet weet wie hij is en altijd onzeker, we zijn de leegte,
zeggen we, we zijn de leegte en weten niet hoe ons te vullen.
Zoals geluk gevaarlijk is voor de roekeloze, voor wie verstrikt zit
in eigen-ik, voor wie de weerloosheid weg-eet, koopt, slikt, voor wie
zichzelf bezeert omdat een ander het niet meer doet, voor wie
stemmen hoort maar zelden een lief woord, voor wie bang is om
verlaten te worden en in een leeg huis thuis te komen, voor wie zélf
uit voorzorg iedereen verlaat, voor wie weet dat het hart op vele
manieren kan breken en vergeet dat het ook op vele manieren
weer kan helen, voor wie en voor iedereen is hier de plek.